Effectieve interactiestijlen om mensen enthousiast te maken over veganisme

Veel veganisten herkennen zich in deze uitspraak: “Nu ik weet welke narigheid veroorzaakt wordt doordat mensen betalen voor dierlijke producten, voel ik de sterke wens om mensen die nog niet plantaardig eten hiervan bewust te maken zodat zij die afschuwelijke industrie niet meer financieren.” Stel dat je hierover gesprekken wil voeren met nog-niet-veganisten, welke interactiestijl is dan het meest effectief?

We kennen allemaal de neiging om hen rechtstreeks op de feiten te wijzen, ter verantwoording te roepen en boos te zijn omdat het kwartje bij hen nog niet gevallen is. Veganisten die dit doen, hebben echter weinig invloed op hun gesprekspartners. Welke interactiestijlen zijn er? Welke zijn het meest waardevol binnen deze context? Hoe vertaalt dat zich naar de praktijk? In dit uitgebreide achtergrondartikel komen de diverse effectieve interactiestijlen aan bod. Via enkele theoretische modellen beschrijf ik drie interactiestijlen die je kunt herkennen in de praktijk. Na het lezen van dit artikel weet je welke kenmerken van jouw interactiestijl succesvol zijn en welke je beter achterwege kunt laten.

De Roos van Leary als model om gedrag te voorspellen en beïnvloeden

Ken je de Roos van Leary nog, waarover ik schreef in mijn blog ‘Van discussie naar dialoog: constructieve gesprekken met impact’. De Roos van Leary (Timothy Leary, 1957) is een model wat sociaal gedrag van mensen voorspelt op basis van het gedrag van hun gesprekspartner. De waarde hiervan voor jou is dat je het gedrag van jouw gesprekspartner kan beïnvloeden door jouw eigen gedrag (interactiestijl) aan te passen.

De Roos van Leary werkt als volgt:

  • De horizontale as gaat over samen- of tegengedrag. Op deze as leidt jouw interactiestijl tot vergelijkbaar gedrag bij jouw gesprekspartner. Wanneer jij je helpend en meewerkend opstelt (dit is ‘samen’gedrag), is de kans groot dat jouw gesprekspartner zich naar jou toe ook helpend en meewerkend opstelt. Als jij je aanvallend of opstandig opstelt naar jouw gesprekspartner (dit is ‘tegen’gedrag), is de kans groot dat jouw gesprekspartner hetzelfde gedrag gaat vertonen. Mensen die ‘tegen’gedrag vertonen naar elkaar, zullen zich weinig door elkaar laten beïnvloeden. Mensen die ‘samen’gedrag vertonen, luisteren beter naar elkaar en zijn het eerder met elkaar eens.
  • De verticale as gaat over boven- en ondergedrag. Op deze as leidt jouw interactiestijl tot tegenovergesteld gedrag bij jouw gesprekspartner. Wanneer jij je leidend/sturend opstelt (dit is ‘boven’gedrag), is de kans groot dat jouw gesprekspartner een meer teruggetrokken of volgzame positie inneemt. Als jij je zelf teruggetrokken of volgzaam opstelt (dit is ‘onder’gedrag), zal jouw gesprekspartner eerder the lead in het gesprek nemen.

We hebben allemaal onze voorkeursstijlen. Boven-tegen, boven-samen, onder-tegen, onder-samen… welke stijl moet jouw gesprekspartner hanteren om invloed op jou te hebben? Welke stijl wekt bij jou irritatie op? Welke stijl hanteer jij van nature? Is er een verschil met de stijl die je hanteert als je praat over veganisme met een nog-niet-vegan?

Variant op de Roos van Leary

Je vermoedt waarschijnlijk al dat je geen ‘tegen’gedrag moet vertonen wanneer je een goed gesprek wil voeren over veganisme. Tegengedrag leidt tot nare gesprekken en daar maak je niemand enthousiast mee. Ik kan daar geen succesvolle interactiestijl aan koppelen. Maar er is een variant op de Roos van Leary die ook interessant is.

Op basis van onder andere de Roos van Leary heeft Nicolien Dellensen het Sfeer van Invloed (SVI) model ontwikkeld. Dit model is ontwikkeld met het oog op leiderschap en optimaal gebruik van human resources binnen werksituaties.

  • De horizontale as gaat, net als de Roos van Leary, uit van een bepaald gedrag wat een bepaald gedrag oproept. Het ‘samen’ gedrag wat bij Leary rechts staat, is in het SVI model echter vervangen door de term ‘relatie’gericht gedrag. Dellensen heeft het begrip ‘tegen’gedrag aan de linkerkant vervangen door ‘inhoud’gericht gedrag. Deze aanpassing is goed te onderbouwen. Als twee mensen met elkaar in gesprek zijn, praten zij beiden meestal over a) de feiten/inhoud of zij praten beiden over b) de relatie met elkaar (verbaal dan wel non-verbaal). Als de ene persoon zich op de inhoud richt terwijl de andere zich op de relatie richt, ontstaan er verwarrende situaties. Misschien maak je wel eens mee dat een gesprekspartner midden in een gesprek wegdraait van het onderwerp. Met reden. Lees hier lees je hoe je daar op kunt reageren.
  • De verticale as is min of meer onveranderd. Het woord ‘boven’ is vervangend door het woord ‘sturend’ en het woord ‘onder’ is vervangen door ‘volgend’. In essentie komt dit overeen met de Roos van Leary.

Op de website van Talentscanner zie je meer uitleg en een afbeelding van dit SVI model .

Herkenbare interactiestijlen

De ‘uitersten’ in het SVI model tonen sterke overeenkomsten met vier ideaaltypische interactiestijlen: de volgende, sturende, inhoudsgerichte en relatiegerichte interactiestijl. Laten we de waarde van deze stijlen eens beoordelen met het oog op de vraag ‘Welke interactiestijlen zijn helpend wanneer jij als veganist een nog-niet-veganist enthousiast wil maken over veganisme?”.

Noot: ik heb in mijn beschrijving de namen en kenmerken van meerdere modellen en inzichten met elkaar gecombineerd. Ik heb er mijn eigen melange van gemaakt en ik heb het toegespitst op gesprekken over veganisme.

0. ‘Volgen’ als interactiestijl?

In sommige situaties is het prima om iemand te volgen. Maar wanneer je je teruggetrokken of passief opstelt, heb je weinig invloed op de bewustwording van jouw gesprekspartner. Hoewel het voor jouw gesprekspartner motiverend is om te merken dat jij de regie over het gesprek met hem of haar deelt, is het puur ‘volgen’ geen bruikbare interactiestijl wanneer je iemand richting veganisme wil bewegen. Maar dat snapte je waarschijnlijk zelf ook al…. 😉

1. Inhoudsgerichte interactiestijl

  • Verstrek inhoudelijke informatie over de werkelijkheid achter dierlijke producten, zoals over het er mee gepaard gaande dierenleed, de invloed van dierlijke en plantaardige voeding op de wereld op de planeet en op iemands gezondheid.
  • Vul verbale (gesproken) communicatie aan met relevant beeldmateriaal.
  • Noem jouw informatiebronnen.
  • Stel vragen over het beeldmateriaal of de informatie die je geeft, zodat je gesprekspartner zelf aan het denken wordt gezet.
  • Weerleg indien nodig berichten die de betrouwbaarheid van jouw bronnen in twijfel trekken.
  • Probeer jouw gesprekspartner zelf de connectie te laten leggen zonder het te veel voor te kauwen.
  • Verwijs naar nieuwsberichten in media, documentaires en websites.
  • Leg uit wat iemand kan doen om stappen richting veganisme te zetten.
  • Beargumenteer waarom aangehaalde redenen om dierlijke producten te eten geen stand houden.
  • Durf zaken te bespreken waar mensen liever niet over nadenken.
  • Overtuig jouw gesprekspartner.
  • Adviseer en geef concrete tips.
  • Bereid je op deze gesprekken voor aan de hand van video’s van bijvoorbeeld Earthling Ed en Joey Carbstrong.
  • Als je een feit noemt wat bij jouw gesprekspartner weerstand kan veroorzaken, doe je er goed aan om dit kort en krachtig te doen, als een OEN. Dit betekent: open, eerlijk en nieuwsgierig.
  • Probeer niet te (ver)oordelen want dan schiet jouw gesprekspartner in de zelfverdediging en dat werkt averechts (Als de ander zichzelf veroordeelt, kan je een begripvolle glimlach tonen).

Mensen beschouwen zichzelf in Nederland anno 2020 graag als rationele wezens. We zijn zó gefocust op ons intellect dat luisteren naar ons gevoel bijna een taboe is geworden. Zo zijn we opgevoed. En tijdens een diepgaand gesprek over veganisme wil je het natuurlijk altijd óók over de feiten hebben. Maar let op: mensen zijn in werkelijkheid helemaal geen rationele wezens. We laten ons leiden door het gedrag van anderen, door biases en door gemakzucht. (In mijn artikel ‘Het belang van feitenkennis èn mensenkennis’ bespreek ik een paar van die biases). Verwacht niet dat je de ander overtuigt door alleen kennis over te dragen.

Als je de inhoudsgerichte interactiestijl toepast, moet je oppassen voor discussies. Inhoudelijke argumenten kunnen als ‘tegen’gedrag worden geïnterpreteerd (zie de Roos van Leary). En tegengedrag leidt tot tegengedrag. Wanneer je merkt dat jouw inhoudelijke informatie leidt tot een zinloos weerwoord of tot irritatie, kan je je het beste eerst richten op de relatie. Als je het durft geef het gesprek dan een draai door heel rustig te zeggen ‘Ik heb de indruk dat ik iets heb gezegd wat je erg raakt, klopt dat?’

2. Relatiegerichte interactiestijl

  • Zoek daadwerkelijk verbinding met jouw gesprekspartner (maak rapport) door een vriendelijk gesprek te voeren.
  • Let niet alleen op jouw verbale communicatie maar ook op lichaamshouding, gezichtsuitdrukking en stemvolume.
  • Zet jouw gesprekspartner aan tot denken aan en stel coachende vragen zoals ‘Wat heb je nodig om deze stap te zetten?’ of ‘Kan ik jou daar bij helpen?’ Oordeel niet over het antwoord, maar stel een vervolgvraag.
  • Leg de nadruk op gezamenlijke belangen zoals ‘Wat kunnen we doen om deze wereld leefbaar te houden voor onze kinderen?’
  • Gebruik LSD: luisteren – samenvatten – doorvragen.
  • Let er op dat jouw vragen ‘open’ geformuleerd zijn (ja/nee antwoorden leiden tot weinig inhoud) en zorg er voor dat jouw vragen niet-suggestief zijn.
  • Zie de persoon als individu, niet als ‘nummer zoveel’.
  • Probeer het positieve in je gesprekspartner te zien, want dit beïnvloedt jouw uitstraling.
  • Toon waardering door bijvoorbeeld te zeggen ‘Wat fijn dat je zo goed voor jouw hond zorgt’.
  • Toon medeleven wanneer iemand van slag is door beelden met dierenleed of milieuschade (het is niet erg als bij jou ook tranen in je ogen springen).
  • Je mag best even een vriendelijke hand op iemands schouder leggen als dat okay voelt.
  • Toon begrip wanneer je gesprekspartner eerlijk zegt het moeilijk te vinden om te geloven wat jij zegt.
  • Laat jezelf zien, bijvoorbeeld door te zeggen dat jij ook geschokt was toen je dit ontdekte.
  • Probeer compassie te voelen wanneer iemand een innerlijke strijd levert: het is voor hem of haar heel pijnlijk om te ontdekken dat hij of zij zelf ernstig leed of forse schade veroorzaakt.
  • Neem belemmeringen die hij of zij voelt serieus.
  • Reageer positief wanneer iemand aangeeft na te gaan denken over veganisme.
  • Breng mensen in contact met anderen die hen een stap verder kunnen helpen.
  • Toon vertrouwen door bijvoorbeeld met een knipoog te zeggen ‘Ik denk dat ik jou binnen een half jaar terugzie en dat je je dan net als mij inzet voor een leefstijl compassie voor dieren, mensen en de planeet’.
  • Zeg wat je voelt: ‘Hier schrik ik van’ of ‘Hier word ik heel blij van’.
  • Zorg dat jouw gesprekspartner na afloop een positief gevoel overhoudt aan dit gesprek met een ‘veganist’.

Als je de relatiegerichte interactiestijl goed toepast, ontstaat er als snel een prettig gesprek. Jouw gesprekspartner voelt zich gezien, begrepen en gewaardeerd. Hierdoor ontstaat het vertrouwen dat nodig is om inhoudelijke pro-vegan argumenten op een eerlijke manier te bepreken. Houd steeds goed in de gaten of jouw gesprekspartner nog blij is met het gesprek.

3. Sturende interactiestijl

  • Vervul een pro-actieve rol in het starten van het gesprek.
  • Neem initiatief om bepaalde onderwerpen te bespreken
  • Je kan het op speelse wijze op een akkoordje gooien: ‘Als jij me volgende keer komt vertellen hoe je afgelopen week plantaardig(er) hebt gegeten, krijg je van mij een groot stuk vegan taart’.
  • Draag jouw visie uit en probeer mensen hier in mee te krijgen.
  • Formuleer samen met jouw gesprekspartner, voor hem of haar, een doel en eventueel een stappenplan.
  • Wees een inspirerend voorbeeld en geef concrete tips om jouw voorbeeld te volgen
  • Laat merken dat jij deskundig ben op dit terrein.
  • Geef aan wat je wel of niet verwacht van jouw gesprekspartner.
  • Probeer iemand een eenvoudige stap te laten zetten, bijvoorbeeld door hem of haar uit te nodigen om mee te doen met de VeganChallenge of door aan te raden zelf op onderzoek uit te gaan.
  • Geef concrete tips. Bijvoorbeeld over handige apps, websites, winkels, kookboeken of producten aanraden
  • Spreek jouw waardering uit wanneer jouw gesprekspartner een positieve ontwikkeling laat zien.

Als je deze stijl toepast, stel je je als het ware ‘boven’ jouw gesprekspartner op. Dit kan zinvol zijn wanneer je een presentatie houdt, een training geeft, als ouder jouw kinderen toespreekt, als leidinggevende de werknemers toespreekt of voor de klas staat. En soms willen mensen gewoon graag van jou leren omdat ze jou als deskundige zien. Als ze jouw advies vragen, is de sturende interactiestijl passend.

Let wel op: deze stijl is risicovol.

  • Hoewel sturend gedrag in veel situaties leidt tot volgend gedrag, wordt het tijdens gesprekken over veganisme vaak als ‘tegen’gedrag geïnterpreteerd, waardoor jouw gesprekspartner zijn kont tegen de krib gooit.
  • Ga niet te ver. Je bereikt de meeste mensen niet wanneer je macht over hen probeert uit te oefenen. Dus: niet dreigen, niet veroordelen of verwijten. Wees terughoudend in het geven van opdrachten.
  • Als je te dominant bent, kunnen mensen doen alsof ze het met je eens zijn en zeggen dat ze stappen richting veganisme zetten, puur om van het ‘lastige’ gesprek af te zijn.
  • Als je je gesprekspartner de les leest, kan je een geïrriteerde reactie verwachten.
  • Onthoud dat mensen eerder actie ondernemen naar aanleiding van conclusies die zij zelf trokken dan naar aanleiding van conclusies die jij hebt voorgekauwd.

Flexibel, bewust en situationeel toepassen van interactiestijlen

Zoals je hierboven hebt gelezen, hebben de inhoudsgerichte, relatiegerichte en sturende interactiestijl allemaal voordelen en nadelen. Wanneer je op gelijkwaardig niveau een gesprek met iemand aangaat over veganisme, doe je er goed aan om een combinatie van de inhoudsgerichte en de relatiegerichte interactiestijl toe te passen.

  • Voelt de ander zich aangevallen? Toon dan respect en vertrouwen, want dat krijg je terug.
  • Vertrouwt de ander jou in zijn bewustwordingsproces, ga dan informatie verstrekken en verdiepende vragen stellen.

Ziet de ander jou als ‘expert’ op dit terrein, dan kan je praten in woorden als ‘Ik raad je aan om…’.

Tijdens gesprekken is het vaak helpend om van de ene naar de andere stijl te springen. Het gaat er om wat jouw gesprekspartner nodig heeft om nieuwe inzichten binnen te laten komen en er mee aan de slag te gaan. Daarvoor is het belangrijk dat jij contact houdt met de luisteraar en met jezelf. Probeer maar, ga het gesprek aan, oefen, maak onhandige opmerkingen, reflecteer en grinnik om jezelf. Zo leer je het meest.

Dit artikel is geschreven door Marieke Adjuma. Vegan outreacher en bruggenbouwer, helpt mensen op effectieve wijze te communiceren en gedrag te veranderen.

Naast de vaste auteurs werken we bij JOIN graag met andere experts. Gastauteurs die vanuit kennis en ervaring waardevolle content delen over de plantaardige levensstijl. Zo dragen ook zij bij aan the vegan movement!

105 artikelen | 77 reacties

Sharing is caring

Schrijf een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Je gegevens worden verwerkt volgens ons privacybeleid.

Terug naar boven